
101
Geavanceerde instellingen
Procedure
[r] (OPNAME) * [MENU] * OPNAME indextab * Geheugen
Met deze instelling specificeert u of de camera instellingen onthouden moeten
worden door de camera wanneer deze wordt uitgeschakeld en de volgende keer bij
inschakelen dienen te worden hersteld. U dient het geheugen van een instelling te
activeren om de camera een instelling te laten onthouden. Als het geheugen van een
bepaalde instelling gedeactiveerd is, wordt de betreffende instelling teruggesteld op
de oorspronkelijke waarde telkens wanneer de camera wordt uitgeschakeld.
* Alleen bij de optische zoominstelling
Procedure
[r] (OPNAME) * [MENU] * Kwaliteit indextab * T Kwaliteit (Foto)
• De “Fijn” instelling helpt u om details te verkrijgen bij het filmen van dichtbegroeide
boomtakken of bladeren, een complex patroon, enz.
• De geheugencapaciteit (het aantal beelden dat u kunt opnemen) hangt af van de
kwaliteitsinstellingen die u configureert (pagina 183).
Configureren van de default instellingen bij inschakelen van de
spanning (Geheugen)
Instelling
Gedeactiveerd
(Oorspronkelijke Default Instelling)
Geactiveerd
Flits Automatisch
Instellen bij het
uitschakelen
van de spanning
Zelfontspanner Uit
Flitsintensiteit 0
Digitale zoom Aan
MF stand
Stand voordat handmatig scherpstellen werd
geselecteerd.
Zoomstand
* Volledige groothoek
Beeldkwaliteit instellingen (Kwaliteit)
Specificeren van de Foto Beeld Kwaliteit (T Kwaliteit (Foto))
Fijn Geeft voorrang aan de beeldkwaliteit.
Normaal Normaal
Economisch Geeft voorrang aan het aantal beelden.
Comentarios a estos manuales